In mijn schaduw

Vroeger was ik bang in het donker. Bang voor de monsters die zich onder mijn bed, achter het gordijn of in mijn kast zouden kunnen verstoppen.

Toen ik ouder werd, was ik niet meer bang voor de monsters. Maar, wanneer ik in het donker op de fiets zat, kon ik alleen maar denken aan de waarschuwingen die ik had gekregen en maakte ik mezelf zo bang dat ik als een gek naar huis fietste, bang dat iemand het op mij gemunt had.

In de schaduw van de nacht was het niet veilig. Ook in het schemerlicht vormden zich vreemde figuren achter mij en schrok ik van mijn eigen schaduw.

Alleen in het licht, in de dag was het goed, en kon ik vrij bewegen zonder dingen te zien die niet zichtbaar waren.

 

Inmiddels ben ik bijna 38, al even volwassen, en toch durf ik pas sinds een paar jaar in mijn eigen schaduw te kijken. Pas sinds een paar jaar durf ik te onderzoeken waar ik bang voor ben, en waar die angst vandaan komt. Pas sinds een paar jaar durf ik te kijken naar de schaduwkanten van wie ik ben, wat ik doe, wat ik voel en hoe ik mezelf laat zien aan de wereld.

 

Wanneer ik het hierover heb met anderen komt vaak ook het dankbaar zijn naar voren. 'Maar je hebt het toch goed?', 'Ben je niet gelukkig dan?', 'Je mag blij zijn met het leven dat je hebt'.

 

En dat ben ik ook. Ik ben ontzettend dankbaar voor het leven dat ik heb gekregen, de liefdevolle opvoeding die ik heb gehad, dat ik een liefdevolle relatie heb waarin ik af en toe een grote spiegel voor mijn neus krijg die me laat zien waar ik mezelf nog mag ontwikkelen en die me bovenal een stevige basis geeft. Dat ik twee fantastische dochters kreeg die mij zoveel liefde geven en die ik tegelijk ook zoveel liefde mag geven zonder er ook maar iets voor terug te hoeven krijgen.

 

Dat ik in mijn schaduw kijk betekent niet dat ik niet dankbaar ben, of dat ik niet gelukkig ben. Voor mij is het juist dat ik alles wat bij me hoort omarm. Het maakt me compleet. Als vrouw, als moeder, als kind. En dát maakt me boven alles dankbaar. Dat ik ben geboren in een stukje van de wereld, in een tijd dat ik niet alleen maar hoef te vechten om te overleven.

Ik heb in dit leven de ruimte om dit te onderzoeken, om pijn die soms generatie op generatie wordt doorgegeven aan te kijken. Het grootste cadeau dat ik mijn kinderen en mijzelf kan geven.